PAARDENBLOEM WORTELS

PAARDENBLOEM WORTELS

De paardenbloem behoort tot de composietenfamilie, smaakt goed, is vitamine rijk en geneeskrachtig.

Wie mag hier nog van eten?  
Konijnen, cavia's, knagers, kippen, duiven, vogels, honden en paarden.
Let op: Chinchilla's mogen paardebloemen maar niet te veel in verband met de suiker die er in zit.

Paardenbloem wortels hebben mogelijks een positief effect op*: 
- werkt op de lever
- aansterken van de eetlust
- verbetering van de spijsvertering
- versterking van beenderen en vacht 

Let op: Als de dieren paardenbloem hebben gegeten, dan kan hun urine licht rood kleuren.

Maar kruiden zijn geen geneesmiddelen. Raadpleeg steeds u dierenarts bij ziekte! 
Ook niet alle kruiden mogen in combinatie met geneesmiddelen worden gebruikt. 

Hoe bewaar je de kruiden van Konijn nijn best?  
De beste manier om gedroogde kruiden te bewaren is op een donkere, droge, koele plaats. Veel konijnenbaasjes bewaren de kruiden bijvoorbeeld: in een emmertje, bakje of blik.  

Als je gedroogde kruiden in een warme ruimte of in het zonlicht legt, dan kan er condens in de  verpakking ontstaan, waardoor ze gaan schimmelen. Onder invloed van zonlicht gaan ook vitaminen verloren. Bewaar de kruiden dus op een koele plaats, maar niet in de koelkast, dat is te vochtig. In een donkere voorraad kast is prima. 

Konijn nijn Tip : 
Maak thee van de paardenbloem wortels.
Voor een koude thee/drank: 15 gram op 1 liter kokend water, 10 minuten laten trekken. Bij de paarden kan de drank ook door de slobber worden gegeven. Bij de andere dieren, kan het te drinken gegeven worden. De dieren zullen aan de smaak moeten wennen. Dus het kan even duren voordat ze gaan drinken, hou het wel goed in de gaten dat de dieren drinken. De eerste paar keer, kan er ook een iets slappere koude thee gezet worden, zodat de dieren aan de smaak kunnen wennen.

*De positieve effecten komen vooral uit eigen ervaringen, onderzoeken, boeken en internet. Dit soort werkingen zijn niet echt wetenschappelijk vastgesteld of onderzocht. Zo werkt dat in de geneeskunde. Maar deze effecten zijn dus wel degelijk naar voren gekomen bij onderzoeken.